Mijn dochter wilde er niets van weten, van Daft Punk. Ik kan me ook best voorstellen dat het gek klinkt. Zeg het maar eens een paar maal hardop: Daft Punk. Daft Punk. Daft Punk. Als je het Engels machtig bent denk je misschien aan de qua intelligentie ondertreffende trap van de Sex Pistols, maar is dat (nog) niet het geval, dan klinkt het al helemaal nergens naar. Dan klinkt het als een spraakgebrek, Daft Punk. Door die ftp achter elkaar. Daft Punk. Het klinkt als een verzonnen buitenaardse taal in een televisieserie. Klingon, of iets.
Hoe dan ook, ze had er geen zin in.
“De zon schijnt en ik ga je nieuwe muziek laten horen,” deelde ik haar mee toen we de auto instapten.
“Zet nou maar gewoon wiezerhurlie op,” antwoordde ze, aangezien ‘Hurley’ haar favoriete plaat van Weezer is, bij ons thuis uitgesproken als wiezerhurlie. Maar ja, een wet is een wet, dus ik was onvermurwbaar. Wij draaiden, op weg naar de manege, gewoon zoals het ‘s zomers hoort, Daft Punk. Einde discussie.
Inmiddels is ze groot fan. Daar kan niemand meer omheen. Ze zingt de hele dag Daft Punk liedjes. Fonetisch. Wamma time, zingt ze onder de douche. Tijdens het ontbijt Ohtoemiejè. Het leukste is als ze iets wat alleen maar ‘Harder Better Faster Stronger’ kan zijn zingt, steevast gevolgd door enkele slagen van haar rechterarm op een denkbeeldig ride-bekken. Die beweging zou ze eventueel van mij gekopieerd kunnen hebben, dat geef ik toe. Stiekem hoop ik dat ze binnenkort ook de instrumentale nummers met haar mond na gaat doen. Dat moet helemaal hilarisch zijn.
Dat keihard Engels zingen zonder dat je ook maar enig benul hebt van wat je uitkraamt, dat kan ik me nog goed herinneren. Dat hebben we allemaal gedaan. Vol overgave. En het uiteraard beter weten als iemand je verbeterde. Mijn neefjes zijn daar ook goed in. De jongste zingt iets onbegrijpelijks Engels en wordt door de oudste verbeterd met iets al even onbestaands. Het fonetisch Engels van een kind is natuurlijk het mooiste wat er is, maar ik ging vroeger nog een stapje verder. Ik kon fonetisch dansen.
Illustratie: Willemijn de Lint |
Als mijn dochter fonetisch zingt geniet ik daar dus gewoon van. Ik verbeter haar niet. Nou ja, nauwelijks. Zo min mogelijk. Fonetisme is een vorm van creativiteit, zo moet je dat zien. Vaak moet ik van haar meezingen, tegelijkertijd of een omstebeurt-vraag-antwoord variant. Uiteraard moet dat in haar bewoordingen, want zelf zing ik het fout, dat spreekt voor zich. Ondertussen kijk ik al uit naar de herfst. Dan gaan we samen verplicht fonetisch Frank Sinatra zingen.
Dress you up
Wamma Time
Ohtoemiejè
Harder better faster stronger