Kip

Het nieuwste voedselschandaal is poep aan het vlees. Slagers schrikken. Supermarkten schrikken. Consumenten en consumentenbelangenorganisaties schrikken. Godsamme, zeg. Poep aan het vlees. Wie had dat kunnen bedenken?

Het antwoord op die vraag is simpel: iedereen met een beetje gezond verstand had dat kunnen bedenken. Het is namelijk heel logisch.

Als je sterft laat je alles lopen. Zowel de kleine als de grote boodschap verlaten bij gebrek aan sluitspierkracht het lichaam. Over het algemeen ligt een mens op de grond of in een bed als het sterft. Er zijn een best een aantal uitzonderingen op deze regel te verzinnen, schrijnend of gênant, maar geen van deze uitzonderingen zie ik voorkomen bij bijvoorbeeld een koe of een varken. Ik ben er vrij zeker van dat deze dieren door de hoeven zakken en op de grond terecht komen. Als de dood vervolgens alle controle over het lichaam heeft weggenomen liggen ze dus in hun eigen stront. Dat is niet zo gek.

Toegegeven, de vervuilde huid wordt natuurlijk weggesneden, maar met hetzelfde mes dat daarvoor wordt gebruikt wordt ook het karkas in stukken gesneden. Bovendien worden alle ingewanden, inclusief de darmen, ermee verwijderd en dat gebeurt niet bepaald met chirurgische precisie. Een dikke darm is in no time opengehaald. Het resultaat is stront aan je vlees en aan de knikker.

Maar het kan nog logischer. Bij de kip.

De oerhollandse plofkip wordt met maximaal 240.000 genetische zusjes in een stal gehouden. Dat kunnen er natuurlijk gemakkelijk meer zijn, maar dat mag niet van onze regering. Vinden ze zielig. Die megastallen klinken zeer groot, en dat zijn ze ook, maar de kippen hebben het er alles behalve ruim. Vanwege dat gebrek aan ruimte gunt de ene kip de andere kip er het licht niet in de ogen. Echte krengetjes zijn het. Ze buitelen over elkaar, pikken hun buurvrouwen open en rollen over de vloer in de stront, want een kip heeft geen fatsoen en schijt dus niet netjes in een hoekje. Een beetje plofkip kan trouwens niet eens van de vloer af komen en schuifelt derhalve de godganse dag in de kippenkak.

Al die verfomfaaide hennetjes, met stront tussen de veren en in hun zwerende wonden, worden samen in bad geëlectrocuteerd en blijven daar vervolgens nog even lekker in badderen zodat het dode vlees tijd heeft om water in zich op te nemen en dus zwaarder en duurder te worden. Je zou ze in fris water kunnen laten weken, of zelfs wassen, maar zo’n strontmarinade is natuurlijk veel goedkoper en veel minder gedoe. Dat spreekt voor zich.

Al die poep aan de kip klinkt natuurlijk niet prettig. Vies bijna. Maar wees gerust, dat valt allemaal nog wel mee. Het echte ranzige poepfeit van de kippenhouderij is namelijk nog veel simpeler uit te leggen: een kip schijt waar zij eet. 240.000 kippen in een te krappe stal rollen niet alleen op de strontgrond, ze vreten er ook vanaf. Kippenvoer en kippenkeutels verworden door al die krioelende hennetjes in een mum van tijd tot één grote gezellige massa. De gehouden kip eet van die massa en wordt dus tijdens zijn armzalige leventje zowel van binnen als van buiten constant gemarineerd in de stront. Dat is niet zo vreemd. Daar hoef je niet van te schrikken. Dat is gewoon logisch.
Illustratie: Willemijn de Lint

(Overigens moet ik voor de volledigheid nog even melden dat er zelden kip wordt gegeten, maar vooral kuiken, want al na slechts zes weken turbogroei is een kuiken rijp voor de slacht. Het ge-slacht is op die schamele leeftijd nog helemaal niet van belang voor zo’n beestje, dus als ik de indruk heb gewekt dat het altijd maar weer aan de vrouwen ligt wil ik mij daarvoor hierbij verontschuldigen.)