Paars

Vorig jaar zei ik dat iedereen op Oerol aardig en lief is, en dat is ook wel zo, maar dit jaar ben ik erachter gekomen dat het toch ook mogelijk is om je er te irriteren aan een enkeling. Met enkeling bedoel ik dan eigenlijk een enkel groepje. Of groep. Ze zijn al met al in flinke aantallen aanwezig op Terschelling tijdens het festival. Ik heb het over de meisjes van veertig. De meisjes van vijftig.

De meisjes van veertig en vijftig kan je herkennen aan lekker mal haar. Gemillimeteriseerd en knalrood of -groen geverfd. Of allebei. Of twee staarten aan weerszijden van het hoofd, beide met een ander kleurtje elastiek tegen het hoofd gekneld. In negentig procent van alle gevallen is er sprake van een flinke dosis grauwe uitgroei. Op de neus staat een ‘knallie-knallie’ gekleurde bril, liefst met open brilpootjes. De ‘meisjes’ kunnen tijdens Oerol bij uitstek tonen dat ze niet oud zijn geworden, maar juist leuk, jeugdig en onverantwoordelijk zijn gebleven. Het perfecte festival om duidelijk te maken dat ze hun mannen hebben verlaten omdat die zo kleinzerig waren dat ze er niet mee om konden gaan, een zelfstandige vrouw, de sukkelaars, en dat het zeker niet omgekeerd was, dat zij het zélf waren die zijn verlaten. Wie wil er nu weg bij een leuke, ietwat gekke meid met een eigen willetje die best nog wel te porren is om, als het maar niet té wordt, een beetje te experimenteren in de slaapkamer, af en toe? Op zondag, bijvoorbeeld. Als ze lekker uitgeslapen is.

Wat ook enig is, is dat ze een lekker gekke hobby hebben. Ze lopen rond met een hoelahoep onder hun arm of proberen jongleren onder de knie te krijgen op een terras, want jongleren is oud gedaan, hahaha. Ze drinken een glas wijn, of ach, wat maakt het ook uit, wat drinkt die leuke man daar rechtsachter? Dat willen ze eigenlijk ook wel. Ziet er lekker uit, geen idee wat het is, maar dat maakt niet uit. Ze proberen het gewoon. Nou en? En dat terwijl het nog niet eens vier uur is. Doe eens gek. Laat je gaan.

Binnen een minuut vliegt één van hun jongleerballen onder je stoel en komen ze zich schaterlachend verontschuldigen voor hun gedrag. “Sorry, hoor, wat ben ik toch een onhandige doos. Het zou toch bijna genant worden, zoals ik tussen uw benen graai. Haha. Of mag ik jij zeggen? Nou, sorry, hè? Doeg!” Bij de eerstvolgende opgooi verliezen ze een bal in de schoot van een man twee tafeltjes verder. Gierend doen ze eenzelfde excuusverhaal, maar nu ook samenzweerderig jouw kant opkijkend, want ja, jij weet inmiddels natuurlijk precies hoe zij kunnen zijn, die malle meiden. Is het niet om te gillen?

Het haar, de hobbies, hun lengte, breedte en scheergedrag; er zijn vele soorten meisjes van veertig en vijftig. Eén ding hebben ze allemaal echter gemeen: paars. Allen dragen ze een knalpaars gewaad tot op de enkels of een grofgebreid paars vest over de rest van hun bonte kledij. Als ze geen matching paarse sandalen en/of nagellak dragen, dan zijn er zeer, zéér contrasterende kleuren aan het lijf te ontdekken. Een fluor groene flapperbroek die door twee sumoworstelaars gedragen zou kunnen worden. Een joekel van een handig uit een boedhistisch gewaad gefabriceerde oranje draagtas om de schouder. Een bloemetjessjaal van een halve straatlengte om de hals, want: hallo! Op dit eiland vol vrijgezellige mannen wil je natuurlijk geen keelverkoudheid oplopen. Hahaha. Met al die wind, en zo. Er zijn vele soorten meisjes van veertig en vijftig, maar altijd is er iets paars aan te ontdekken.

Waarom paars? Ik denk dat paars ‘gewoon mooi’ is. Weten zij veel? Ze houden gewoon van lekker vrolijke kleurtjes, die meiden. Het feit dat paars van oudsher de kleur van boetedoening is in de rooms-katholieke kerk zal er in ieder geval weinig mee te maken hebben. Laat het de natuurliefhebbende dames ook maar liever niet horen dat het in de Romeinse tijd een teken van rijkdom was om paarse kledij te dragen. Het is zelfs hierdoor dat de purperslak, de lieverd, die gebruikt werd voor de vervaardiging van paarse kleurstof, nu vrijwel is uitgestorven. Boe, paars.

Hoe moge duidelijk zijn, ik houd niet van paars. Paars schreeuwt om aandacht. Meisjes van veertig en vijftig schreeuwen om aandacht. Ze schreeuwen zo hard dat hun omgeving met de vingers in de oren van ze wegloopt. Nee, het is niet hysterisch grappig als je zegt dat je nat bent nadat je een glas wijn over jezelf hebt gegooid. Evenmin is het om te gieren dat je je per ongeluk vastklampt aan de eerste de beste kerel op je pad door een zogenaamde misstap.

Kijk. Ik snap het allemaal heus wel, maar ik begríjp het niet. Ik loop zelf ook met rasse schreden tegen de veertig aan. Ik ben ook niet piep meer. Maar zie je mij dronken op een eiland rondschooien alsof ik achttien ben? Zie je mij dansen als een malloot? Nou ja, okee, misschien wel, maar niet zo overdreven op jacht naar een beetje aandacht van het andere geslacht. Dat wil zeggen, niet al om vier uur 's middags. Althans. Niet in een paarse jurk.

Ach, laat ook maar.
Illustratie: Willemijn de Lint